Gevaar is overal aanwezig, zeker in gebouwen waar veel mensen bijeen zijn.
Veiligheid bestaat uit verschillende facetten die elk op zich een belangrijke rol spelen. Zo moet een gebouw voldoen aan veiligheidsvoorschriften.
Maar baby’s en peuters zijn bij het uitbreken van een gevaarlijke situatie echter volledig afhankelijk van de kindbegeleid(st)ers en overige personeelsleden.
Om adequaat te handelen, is het nodig om te weten hoe een gevaarlijke toestand, zoals bijvoorbeeld brand, ontstaat, evenals hoe dit te voorkomen, hoe schade te beperken, hoe de kinderen en zichzelf in veiligheid te brengen.

Doelstelling
De deelnemers leren risico’s inschatten en zo mogelijk vermijden in een gebouw waar veel mensen bijeen zitten.
Zij leren te handelen bij gevaarsituaties zoals rookontwikkeling, brand, gaslekken, enz. 

Inhoud
• Het belang van (brand)preventie
• Wat is brand: het ontstaan, de fasen, de uitbreiding
• Bekijken van de blusmiddelen en uitleg over het gebruik
• Veiligheidstekens en -signalering: pictogrammen, gevaarlijke producten, aanwijzingsborden, enz.
• Crisisprocedure: aspect veiligheid
• Hoe optreden in het algemeen
• De alarmering van de hulpdiensten
• Een evacuatieoefening
• De psychologische onderbouwing:  hoe reageren mensen in panieksituaties, hoe anticiperen op paniek